Het is zeven jaar geleden dat mijn roman Moederwond verscheen. Het begon met de zin; ‘Jij hebt als klein meisje het verdriet van je moeder willen dragen.’ Gezinscoach Marga Huis in ‘t Veld sprak de woorden uit. Voor het eerst was duidelijk waar het verdriet dat ik al die jaren wel voelde, maar niet kon plaatsen vandaan kwam.
Toen het zichtbaar werd, kwam al het verdriet naar boven. Maar ook boosheid, frustratie en onmacht. En ja, ik gaf mijn moeder ook de schuld van dingen. Iemand de schuld geven is altijd makkelijker dan eigen verantwoordelijkheid nemen. Dan kun je boos blijven en hoef je niet naar je jezelf te kijken.
De boosheid en het verdriet kwam van het kleine meisje. Het waren haar opgekropte gevoelens. Nu ben ik al geruime tijd volwassen, geen reden dus om me nog als een klein meisje te gedragen. Dat weet je wel, maar je er naar gedragen kost tijd.
Door het toelaten van de gevoelens, erken je ze. Uiteindelijk kun je ze een plaats geven, want je kindertijd kun je niet overdoen. Ik dacht na het schrijven van mijn boek, dat het helemaal klaar was. Zo van: alles is opgeschreven, het boek kan dicht.
Het was geen einde, het was een begin. Het begin van verantwoordelijkheid nemen voor mezelf. Niet langer wijzen naar mijn moeder (en mijn vader). Naar mezelf kijken en mijn eigen behoeften gaan herkennen. Zo kwam ik erachter dat ik veel tijd bezig was met allerlei zaken die vrij weinig te maken hadden met mijn behoeften en verlangens.
Vervolgens zette ik stappen in de richting om dat te veranderingen. Kleine stapjes, door bijvoorbeeld te stoppen met schaatsen (wat me energie kostte) en te beginnen met zwemmen (wat me energie opleverde). Zo komen er steeds meer dingen bij.
Toen ik in januari de uitzending van wintergasten keek (ik schreef er hier over), realiseerde ik voor het eerst dat ik anders naar mijn moeder ging kijken. Dat ik zag wat ze mij gegeven had en voor het eerst kon ik daar oprechte dankbaarheid voor voelen. Zelfs trots, wat tot dan toe een hele moeilijke emotie was voor mij.
Nu ben ik in staat om dit ook aan mijn dochter (en zoon) door te geven. Niet alleen met mijn hoofd, maar ook met mijn hart.