Een tijdje achteroverleunen en constant bezig zijn creëert ruimte. Ruimte voor nieuwe dingen of voor dingen die je eigenlijk altijd al leuk vond, maar die niet “mochten” van jezelf of van anderen (en dus ook van jezelf).
Sinds de zomer heeft mijn man een digitale spiegelreflexcamera en volgt hij een fotocursus. Zijdelings was ik geïnteresseerd in de foto’s die hij maakte. Totdat het vakantie werd en ik eindelijk de tijd nam om het boek Shoot van Anki van Wijnen te lezen. Haar uitgangspunt fotograferen vanuit je hart sprak me aan en nog meer dat het geen technisch boek was.
Op 29 december kreeg ik voor het eerst zijn camera in mijn handen.
Ik vond het meteen hartstikke leuk en oefen nu bijna dagelijks met het maken en bewerken van foto’s. Zo realiseerde ik me hoe leuk het is om iets nieuws te leren. Iets wat je aandacht trekt, maar waar je eigenlijk nooit de tijd voor hebt genomen. Gewoon plezier hebben in het doen, zonder dat het wat oplevert. Of zoals Wayne Dyer zo mooi verwoord:
“When you dance, your purpose is not to get to a certain place on the floor. It’s to enjoy each step along the way.”
Vaak zit je zo vast in een stramien van hoe je zou moeten zijn dat je niet eens meer echt om je heen kijkt. Dat je niet meer voelt waar je plezier in hebt. Dat je niet meer weet wat je nu eigenlijk zelf wilt.
Toen ik vandaag foto’s aan het maken was, kwam de foto bovenaan dit bericht voorbij. Het pijltje van de muis stond al bij het rode delete kruis, totdat ik de blik van verwondering in Giorgia’s ogen zag. Als je goed kijkt zie je linksboven in de foto dat de lamp aan is, ze heeft de “lichtknop” in haar handen. Ze heeft zojuist ontdekt dat met dat knopje het licht aan gaat.
En ik heb ontdekt dat even niets doen ervoor zorgt dat het licht weer aan gaat. En misschien heet dat verwondering.