Weer zo’n vreemde overtuiging. Ik kom uit Brabant, dus ik mag geen boek schrijven. Sterker nog, ik mag niet eens mijn mond open doen. Want dan hoort iedereen mijn Brabantse accent en dan nemen ze mij niet meer serieus. Dan denken ze dat ik dom ben. Of vinden ze het nodig om ondertiteling te plaatsen als ik iets zeg.
Ik had een beeld bij een schrijver. Een beeld hoe ik zou moeten zijn om een boek te mogen schrijven. Dat was in eerste plaats dat ik uit de Randstad moest komen. Dat ik ABN moest praten, accentloos uiteraard. En een achtergrond moest hebben in de journalistiek of op z’n minst Nederlands gestudeerd moest hebben.
Ik voldeed aan niets. Dus kon ik ook geen schrijver zijn.
Dit klinkt wellicht belachelijk, maar toch is het goed om jouw overtuigingen hierin te onderzoeken. Pas als je daar eerlijk over durft te zijn, kun je ze loslaten. En daarmee kun je jezelf wel als schrijver gaan zien. Niet op de manier zoals je dacht dat het zou moeten zijn, maar op de manier die past bij jou.
Als je jezelf steeds een onrealistisch beeld blijft voorhouden, dan lukt het nooit om daar aan te voldoen.
Welk beeld heb jij van een schrijver? Welke overtuigingen zitten jou nog in de weg? Ik ben benieuwd, deel het gerust met mij.
Afrekenen met deze overtuigingen doe je in mijn gratis training STORY | Magie & Meesterschap.